“Kunstmatige intelligentie maakt goede artsen beter”

Wat is de waarde van kunstmatige intelligentie (AI) voor de zorg? Over die vraag wordt veel gediscussieerd en gespeculeerd. Als er iemand is die daar een zinnig antwoord op kan geven, dan is het Merlijn Sevenster wel; als Principal Scientist bij Philips Research werkt hij al ruim dertien jaar aan de klinische toepassing van AI.

Tijdens Dutch Technology Week (DTW) ging hij in gesprek met Bart Brouwers, mede-oprichter van technologie vakblad Innovation Origins. Deze DTW Talk maakte ook meteen duidelijk waarom AI in de zorg zo’n veelbesproken onderwerp is. We staan pas aan het begin van de technologische ontwikkelingen van kunstmatige intelligentie en machine learning en het is haast niet voor te stellen wat er allemaal mogelijk wordt.

AI verbetert kwaliteit basiszorg

Op dit moment is een van de praktische toepassingen het verbeteren van de kwaliteit van de basiszorg, zo vertelde Merlijn tijdens de DTW Talk. “Het verschil in kwaliteit in zorg dat geleverd wordt door verschillende ziekenhuizen is groot. Met AI kunnen we nu al het basisniveau van de zorg omhoogtillen en daarmee wereldwijd heel veel mensen helpen.”

Dat komt met name doordat AI steeds slimmer wordt in, bijvoorbeeld, het analyseren van scans en het ondersteunen van diagnostiek. Dankzij machine learning worden computers steeds slimmer en dus waardevoller in het ziekenhuis: “Ziekenhuizen worden digitaler, dus zijn er meer patiëntgegevens beschikbaar dan ooit tevoren. Van die gegevens kun je leren om diagnoses en behandelingen in de toekomst steeds verder te verbeteren.”

“Voor een arts is werken met AI-technologie even wennen”, aldus moderator Bart Brouwers, “Moet je als medicus meer verstand hebben van wiskunde en technologie om de vruchten te kunnen plukken van AI?”

“Inderdaad; een arts is geen wiskundige, en hoeft dat ook zeker niet te zijn”, licht Merlijn toe. “Daarom is het belangrijk dat we AI zo inrichten dat de technologie intuïtief is en eenvoudig te gebruiken. Dat het niet voelt als een grote revolutie, maar als een aanvulling op het vakmanschap van de arts. Kunstmatige intelligentie maakt goede artsen beter. Wat we in de praktijk zien, is dat AI vooral een secundaire rol heeft. Een arts stelt in eerste instantie zelf een diagnose en gaat bij AI te rade voor een second opinion.”

Samenwerken met partners

“Werkt Philips ook samen met andere partijen in de ontwikkeling van AI?”, vraagt Bart zich af. “Zeker, met technologiepartners, maar vooral ook heel nauw met ziekenhuizen”, aldus Merlijn. “Het is heel belangrijk dat we als zorgtechnologiebedrijf begrijpen hoe werkprocessen in het ziekenhuis zijn ingericht en wat zorgprofessionals van technologie verwachten.”

Zelf werkt Merlijn vooral in het LUMC: “Het is zo belangrijk om daar aanwezig te zijn. De beste gesprekken voer je toch bij de koffiemachine. Daar hoor je wat er écht speelt.”

In een vroeg stadium ingrijpen

“In de toekomst verwacht ik dat AI steeds beter gaat worden in prognostiek. Dat als een patiënt nu nog gezond is, maar je op basis van ontwikkelingen in het weefsel al ziet dat er iets aan de hand gaat zijn, je in een heel vroeg stadium kunt ingrijpen. Als we dat kunnen, dan komen we weer opnieuw terug bij ethische kwesties; dan moeten we ons gaan afvragen hoe we daar met zijn allen mee omgaan.

Uiteindelijk kan het voor mij als techneut nog zo interessant zijn dat dit allemaal mogelijk is, maar misschien zijn er veel patiënten die helemaal niet willen weten dat ze ziek gaan worden. Daarover moeten we de komende jaren goede discussies met elkaar voeren.”

Bekijk de DTW Talk hier terug: