“De druk op de ziekenhuizen door corona zorgt dat innovatie en digitalisering in een stroomversnelling zijn geraakt”

“Samen met zorginstellingen brengen we de pijnpunten in kaart en hoe we die in een samenwerking kunnen oplossen. We ontwikkelen bij Philips oplossingen vanuit de vraag.” Dat vertelde Johannes Andriessen in een interview met Brainport Eindhoven.
 
Als Senior Manager Connected Care bij Philips is hij in de Benelux verantwoordelijk voor oplossingen die ingezet worden voor het monitoren van patiënten op verpleegafdelingen. Bij het ontwikkelen van deze oplossing werkt Philips nauw samen met ziekenhuizen en relevante partners. De Healthdot, een sensor die patiënten monitort binnen en buiten de muren van het ziekenhuis, is daar een recent voorbeeld van.

Grote vraag naar monitoring

Hij kwam in zijn huidige rol terecht door de sterk groeiende vraag naar monitoringsoplossingen tijdens de pandemie: “Veel ziekenhuizen hebben onder andere onze Biosensoren en ons Guardian-platform ingezet om monitoring op afstand mogelijk te maken. Zo hoeft het verpleegkundig personeel minder vaak de isolatiekamer in en verhoog je gelijktijdig de frequentie van metingen.”

Met de Healthdot, die onlangs werd geïntroduceerd, kunnen patiënten ook thuis worden gemonitord. "De ontwikkeling van de Healthdot is met het oog op de pandemie in versneld tempo gerealiseerd. De druk op de ziekenhuizen was en is door corona enorm en heeft er mede toe geleid dat innovatie en digitalisering in een stroomversnelling zijn geraakt.”

Belangrijk om me te kunnen vinden in de purpose mijn werkgever

Deze manier van samenwerken met ziekenhuizen is voor Johannes een belangrijke drijfveer, zo legt hij uit: “Een gezondheidstechnologiebedrijf dat de zorg wil verbeteren aan de hand van nauwe samenwerking met ziekenhuizen, technologie en data; daar geloof ik in. Het allerbelangrijkste is voor mij dat ik me kan vinden in de koers, visie en purpose van het bedrijf: iedereen bij Philips is iedere dag bezig om het leven van mensen te verbeten, dat is waarvoor ik werk.”