De Ziedses des Plantes-Philipsprijs, vernoemd naar de grootste pionier op het gebied van radiologie, is een nieuwe prijs voor innovatief onderzoek in de interventieradiologie. Tijdens de European Conference on Interventional Oncology (ECIO), van 8 tot 11 april in Amsterdam, werd deze voor het eerst uitgereikt. De prijs is een initiatief van de Nederlandse Vereniging voor Interventie Radiologie (NVIR) en Philips. Arts-onderzoeker Alette Ruarus kreeg de prijs voor de beste presentatie: ‘Percutaneous irreversible electroporation to treat locally advanced pancreatic cancer: the PANFIRE-2 trial final results’. Haar promotor en interventieradioloog Martijn Meijerink ontving de prijs voor de beste poster.
De groep van het VUMC doet onderzoek naar irreversible electroporation (IRE) ofwel de NanoKnife. Dit is een zeer innovatieve behandeling die het mogelijk maakt om tumoren te ableren zonder gebruik te maken van thermische energie. In de CT-scan worden naalden ingebracht in en rondom een tumor, waarna hoog voltage elektrische pulsen tussen de naalden worden geleid. De elektrische pulsen creëren kleine gaatjes in de celmembraan van de kankercellen, waardoor ze vernietigd worden. De jury sprak zich lovend uit over de innovatie, de klinische relevantie en de toepasbaarheid.
Alette Ruarus vertelt over de PANFIRE-2-trial, een onderzoek met IRE bij patiënten met alvleesklierkanker in een gevorderd stadium: “Het gaat hier om een groep patiënten die niet in aanmerking komt voor chirurgie: de tumor is al om de grote vaten gegroeid. Er zijn geen curatieve behandelopties en deze patiënten hebben een gemiddelde levensverwachting van een jaar. Volledige genezing is vooralsnog niet haalbaar gebleken, maar wat we wel hebben kunnen bereiken, is een aanzienlijke overlevingswinst van een half jaar. Dat is veelbelovend.”
Haar collega, interventieradioloog Martijn Meijerink, won de prijs voor beste poster. In de COLDFIRE-2-trial, werd gebruik gemaakt van dezelfde techniek, maar dan bij patiënten met niet-operabele leveruitzaaiingen van darmkanker. Martijn: “We hadden als doel dat tenminste 50% van de patiënten na een jaar nog in leven zou zijn zonder dat de uitzaaiing op die plaats terug was gekomen. Dat doel hebben we gehaald: we bleken in staat om met deze techniek niet-operabele leveruitzaaiingen tot 5 centimeter helemaal te vernietigen. Mocht de tumor tóch terugkeren, dan is één van de voordelen van deze techniek dat we de procedure onbeperkt kunnen herhalen. Omdat het om uitzaaiingen gaat, is het niet te voorkomen dat op een andere plek in het lichaam uitzaaiingen ontstaan.” De resultaten zijn zo goed, dat Martijn Meijerink nu bij de richtlijncommissie voor darmkanker een aanvraag heeft gedaan om de behandeling in de richtlijnen op te nemen. “Om nu nog een Fase 3-studie te doen is in mijn optiek onethisch. We kunnen namelijk geen verantwoord vergelijkend onderzoek doen. Deze patiëntengroep kwam immers enkel in aanmerking voor levensverlengende chemotherapie. Moeten we dan vergelijken met een groep die alleen een levensverlengende behandeling krijgt, terwijl we hebben aangetoond dat we mensen kunnen genezen of in ieder geval de ziekte langdurig onder controle kunnen houden?”
Overigens, als er één land is waar men openstaat voor studies naar vervanging voor invasieve chirurgie, dan is het Nederland. Hier snapt iedereen die verschuiving naar minimaal invasieve ingrepen en wordt gelukkig geredeneerd vanuit het belang van de patiënt.”
Martijn Meijerink
Interventieradioloog
De PANFIRE-2-trial krijgt wel een vergelijkende studie als vervolg, namelijk de CROSSFIRE-trial. Alette Ruarus: “In deze studie wordt de patiëntengroep eerst met vier chemokuren behandeld en als ze daarna nog in aanmerking komen voor de studie, dan wordt er geloot voor een behandeling ofwel met IRE ofwel met MRI-geleide bestraling. Als de overlevingswinst van de behandeling met IRE dan stand houdt, wordt gekeken of deze in de richtlijn terechtkomt.” De onderzoeksgroep heeft ook een grant gekregen voor een klinische studie naar de combinatie van IRE met immuuntherapie bij beperkt uitgezaaide alvleesklierkanker. De tumor wordt dan lokaal behandeld met de NanoKnife en de patiënt krijgt een immuuntherapie via een infuus en lokaal in de tumor geïnjecteerd. De aanname is dat het immuunsysteem de tumor herkent en zodoende de uitzaaiingen op afstand gaat aanvallen (in-situ tumor vaccinatie).
IRE is een veelbelovende techniek die ook bij andere vormen van kanker mogelijkheden biedt. Alette Ruarus: “De locatie VUmc van het Amsterdam UMC heeft zich met name toegelegd op het behandelen van tumoren in de alvleesklier, galwegen en lever en doet dit in landelijk samenwerkingsverband met verschillende andere ziekenhuizen. Bij tumoren die technisch niet operabel zijn, is deze behandeling een optie: ook bijvoorbeeld bij prostaatkanker en kleine tumoren in de nieren. Deze laatste behandelingen worden op de locatie AMC van het Amsterdam UMC onderzocht.” Is er dan een toekomst mogelijk waarbij de techniek ook te gebruiken is in plaats van chirurgische ingrepen? Martijn: “IRE is veel minder ingrijpend dan een chirurgische ingreep en de kans op complicaties is veel kleiner. Maar we hebben meer informatie nodig over de effectiviteit bij de verschillende types kanker. We weten nog helemaal niet of deze behandeling bijvoorbeeld ook geschikt is voor in de hersenen of bij holle organen zoals de darmen. Overigens, als er één land is waar men openstaat voor studies naar vervanging voor invasieve chirurgie, dan is het Nederland. Hier snapt iedereen die verschuiving naar minimaal invasieve ingrepen en wordt gelukkig geredeneerd vanuit het belang van de patiënt.” Alette: “Als we kijken naar de groep patiënten met alvleesklierkanker, is het ook interessant om te onderzoeken of we met deze techniek dezelfde overleving kunnen behalen als met chirurgie. Dan zullen de patiënten mogelijk minder complicaties ervaren, dus een hogere kwaliteit van leven.”
Interventieradiologie is het snelst groeiende medisch specialisme. Toch gaat Alette, na haar promotie in september, door met haar opleiding tot diagnostisch radioloog. “De puzzel om tot de meest waarschijnlijke diagnose te komen spreekt mij het meest aan.” Martijn wilde vroeger ook diagnostisch radioloog worden. “Maar toen ik in mijn studietijd tijdens een dotterprocedure het ballonnetje mocht opblazen, was ik verkocht. Overigens doe ik nu geen ‘vaatwerk’ meer, ik ben volledig gespecialiseerd in de interventionele oncologie.”
Philips streeft naar nieuwe procedures en technieken die écht het verschil maken in de levens van mensen, en die bovendien tot betere zorg en lagere zorgkosten leiden. Om die reden sponsort zij de Ziedses des Plantes-Philips prijs, die wordt uitgereikt om innovatief onderzoek op het gebied van interventionele radiologie te ondersteunen.
You are about to visit a Philips global content page
Continue