U kunt een oproep plaatsen naar een telefoonnummer dat vooraf is opgeslagen onder een van de sneltoetsen (M1, M2 en M3). Druk op M1, M2 of M3 en druk vervolgens op OK om dat vooraf opgeslagen nummer te bellen.
Een nummer opslaan onder een sneltoets:
Opmerking: bij versies met meerdere handsets worden dezelfde sneltoetsen die in het basisstation zijn opgeslagen, gedeeld door verschillende handsets.
Het telefoonnummer van een sneltoets wijzigen:
Volg de stappen voor het opslaan van een nummer onder een sneltoets. Als u een nieuw nummer opslaat, wordt het oude nummer voor deze sneltoets vervangen.
Het telefoonnummer van een sneltoets verwijderen:
Het telefoonnummer van een sneltoets kan niet worden verwijderd. U kunt echter het oude nummer door een nieuw nummer vervangen.