0

Winkelwagen

Er bevinden zich momenteel geen artikelen in uw winkelmandje.

    Je kind leren eten? Laat de regie aan je kind!

     

    Het is een lastig moment voor veel ouders: je hebt met liefde een lekker hapje klaargemaakt, maar wat volgt is een moeilijke gezichtsuitdrukking van je baby en een lepel die teruggeduwd wordt. Wat doe je op zo’n moment? Probeer je het hapje nog eens toe te dienen? Wacht je daar even mee? Of is je kind misschien nog niet toe aan een nieuwe smaak? Marlieke Frieling werkt als kinder- en jeugdpsycholoog bij zorgorganisatie JeugdGGZ (onderdeel van stichting Dimence) en spreekt dagelijks ouders die worstelen met de eetontwikkeling van hun kind. Het eerste wat ze ouders probeert te bieden, is geruststelling: “Kleine kinderen kunnen zelf al heel goed bepalen wanneer en hoeveel voedsel ze nodig hebben.”

    Geef je kind de regie

    Zorgen van ouders werken volgens Marlieke vaak door in het gedrag van het kind. Want wat als je kindje niet wil eten? Als je zelf gespannen bent, zal je kind dat ook zijn. Als moeder begrijpt Marlieke de zorgen van ouders heel goed. “Je wil niets liever dan dat je kindje stevig doorgroeit en voeding is natuurlijk een wezenlijk onderdeel van die groei.”

     

    Toch is het belangrijk om de regie bij je kind te laten, zegt Marlieke, hoe moeilijk het ook is om de controle los te laten. “Om te leren eten heeft je kind de ruimte nodig om zelf nieuwe smaken en structuren te ontdekken. Hoe smaakt een hapje? Hoe voelt het in de mond? Hoe slik je het in? Geen enkel kind ontwikkelt zich op dezelfde manier en in hetzelfde tempo. Stimuleer en ondersteun je kind in die ontwikkeling. Help je kind te ervaren wat eten doet, maar forceer het niet.”

    Kleine kinderen kunnen zelf al heel goed bepalen wanneer en hoeveel voedsel ze nodig hebben.”

    Marlieke Frieling

    Kinder- en jeugdpsycholoog bij zorgorganisatie JeugdGGZ

    Let op de eerste signalen van je kind

    Hoe herken je wanneer je kind toe is aan het eerste hapje? Kijk goed naar de signalen die je kind geeft, zegt Marlieke. “Meestal zie je tussen de 4 en 6 maanden signalen die duiden op ontluikende interesse in eten. Baby’s beginnen rond die tijd vaak op hun handjes te zuigen. Ze stoppen dingen in hun mondje en maken smakgeluidjes. Of je ziet dat hun ogen jouw eigen eetbewegingen volgen, bijvoorbeeld als je een lepel naar je mond beweegt; daaruit blijkt de eerste interesse in voeding en hoe je dat tot je neemt. Een combinatie van deze signalen wijst erop dat je kind toe is aan meer dan alleen melk.”

    Neem de tijd, blijf rustig en bied verbale ondersteuning

    Het moment is daar: tijd voor het eerste hapje! Creëer een eetmoment waarbij je alle aandacht voor je baby hebt, adviseert Marlieke. “Ga er echt even voor zitten en laat je kind in rust kennismaken met voeding. Zet de tv uit en leg je smartphone opzij. Zorg dat je kind op dezelfde hoogte zit als jij, dan kun je gemakkelijk oogcontact houden. Laat je kind vervolgens ontdekken. Hoe voelt het hapje in de hand? Als ik erin knijp, wat gebeurt er dan? En wat als ik ermee smeer? Geef je kind de kans om het eten aan te raken, vast te pakken en in mond te nemen. Op die manier raakt je kind via alle zintuigen vertrouwd met voedsel en leert het sneller om zelfstandig te eten.”

     

    Een ontspannen houding en gezichtsuitdrukking is heel belangrijk om het kind gerust te stellen, benadrukt Marlieke. “Probeer rustig te blijven en vertrouwen uit te stralen, ook als het eten in eerste instantie moeizaam verloopt. Spreek je kind dan niet geïrriteeerd of bestraffend toe, maar blijf verbale ondersteuning bieden. Zeg bijvoorbeeld: ‘dat is spannend hè, moet je er even aan wennen?’ of ‘zullen we het nog een keer proberen?’” 

    Marieke Frieling
    Probeer rustig te blijven en vertrouwen uit te stralen, ook als het eten in eerste instantie moeizaam verloopt.”

    Volg de gezichtsuitdrukking van je kind

    Blijf voortdurend de lichaamsuitdrukking van je kind volgen, voegt Marlieke daaraan toe. “Vaak zal je kind moeilijk kijken, het hoofdje wegdraaien of de armpjes uitstrekken bij een eerste hapje, maar dit kan zomaar omslaan in plezier of verwondering. Geef niet gelijk op. Kinderen hebben tijd nodig om aan nieuwe smaken te wennen. Aan de andere kant: als je kind de lippen stijf op elkaar houdt, luister dan goed naar dat signaal en probeer het op een later ander moment nog eens. Als je gaat dwingen, ontwikkelt je kind al snel een afkeer van dat specifieke eten door de negatieve associatie met de situatie.”

     

    “Je kind zal over het algemeen ook aangeven wanneer het voldoende heeft gehad”, vervolgt Marlieke. “Bijvoorbeeld door het hoofdje weg te draaien, een lepel weg te duwen, of eten uit te spugen. Op dat moment kun je het beste stoppen, ook als je meer eten had klaargemaakt. Het is heel menselijk om dan als ouder te denken: ‘dit hapje moet op.’ Maar in feite zegt je kind op zo’n moment tegen jou: ‘dit is alles wat ik nu nodig heb’. Tot een maand of acht haalt je baby de meeste voedingsstoffen nog uit borst- of flesvoeding. Een goede stelregel is: jij bepaalt wat je je kind aanbiedt, je kind bepaalt hoeveel het eet.”

    Een goede stelregel is: jij bepaalt wat je je kind aanbiedt, je kind bepaalt hoeveel het eet.”

    Op weg naar een eetfeestje

    Binnen de zorgorganisatie waar Marlieke werkt, biedt ze hulp aan ouders en kinderen die steun in de rug kunnen gebruiken bij de eetontwikkeling van het kind. “Ouders komen naar mij toe met allerlei problemen,” vertelt Marlieke. “Soms hebben kinderen angst om te slikken. Dat kan een traumatische oorsprong hebben, bijvoorbeeld omdat een kind vroegtijdig is geboren en sondevoeding toegediend heeft gekregen. Na het verwijderen van de sonde blijkt dan dat het kind geen interesse heeft in eten.”

     

    “Wat ook voorkomt is dat een ouder bang is dat het kind niet voldoende eet, als gevolg van een nare gebeurtenis tussen ouder en kind. Of kinderen willen niets anders eten dan bijvoorbeeld alleen brood. Ik help ouder en kind dan om het ‘aan tafel gaan’ tot een moment te maken waarop je het fijn en gezellig met elkaar kunt hebben. We noemen het behandelprogramma: ‘weer op weg naar een eetfeestje’.”

     

    Omdat ieder kind en iedere ouder uniek is, beoordeelt Marlieke per situatie welke behandeling het beste past. Daarbij onderhoudt ze nauw contact met een team specialisten, waaronder een arts. “Het is belangrijk om van tevoren lichamelijke oorzaken uit te sluiten en tijdens de behandeling de fysieke gezondheid van je kind in de gaten te houden. Daarom ben ik een warm voorstander van een goede samenwerking tussen arts en psycholoog.”

    Vragen of twijfels? Trek aan de bel!

    Heb je zelf vragen of twijfels over de eetontwikkeling van je kind? Blijf daar dan niet mee rondlopen, adviseert Marlieke, maar trek tijdig aan de bel bij het consultatiebureau. “Daar hoef je je niet voor te schamen. Bij een consultatiebureau werken pedagogische medewerkers met veel verstand van zaken. Ze zijn er om jou te helpen. Indien nodig kunnen zij je doorverwijzen naar een arts of een psycholoog. We kunnen met elkaar veel narigheid voorkomen door in een vroeg stadium de juiste begeleiding te bieden. Hoe sneller we erbij zijn, hoe gemakkelijker we kunnen bijsturen en scheefgroei tussen ouder en kind kunnen voorkomen.”


    De inhoud van dit artikel is gebaseerd op algemene tips en adviezen van de geïnterviewde expert, en dient niet ter vervanging van deskundig medisch advies op basis van de individuele situatie van jou en je kind. Raadpleeg altijd een professional voor advies op maat.

    Terug naar boven

    You are about to visit a Philips global content page

    Continue

    U kunt onze website het beste bekijken met de nieuwste versie van Microsoft Edge, Google Chrome of Firefox.