In hoeverre kunnen de effecten van Wake-up Light worden toegeschreven aan het geleidelijk toenemende licht voordat het tijd is om op te staan, en in hoeverre speelt het feit een rol dat het licht aan is als de ogen opengaan, vormden de centrale vragen bij dit slaaponderzoek in een laboratorium.
Het is gebleken dat de waarschuwende en activerende effecten hoofdzakelijk verband houden met de geleidelijke toename van licht terwijl de gebruiker nog slaapt en dat deze effecten direct kunnen worden gemerkt tijdens het eerste gebruik. Na het waarschuwingssignaal dat de morgenstond geeft, volgen er verschillende fysiologische processen, waaronder temperatuurverandering van de huid tijdens en na het ontwaken. Slaapopnamen laten zien dat tijdens de periode waarin het licht geleidelijk aan toeneemt, gebruikers langer in een wakkere staat verkeren voordat ze daadwerkelijk wakker worden dan wanneer ze de laatste 30 minuten van hun slaap in het donker doorbrengen.
Gemiddeld werden ze slechts twee minuten eerder wakker dan alleen met het geluidsalarm, maar ze voelden zich beter in staat om wakker te worden.
Van de Werken, M. et al. Effects of artificial dawn on sleep inertia, skin temperature, and the awakening cortisol response. Journal of Sleep Research 19, 425–435 (2010)